dinsdag, augustus 29, 2006

We blijven bezig

Soms komt het er maar niet van om een verhaaltje voor de weblog te schrijven. Ik maak momenteel regelmatig lange dagen op het werk; er zitten belangrijke mijlpalen voor mijn project aan te komen en dan is de druk extra groot. Thuis zijn we nog volop bezig om het hele huis op orde te brengen. Elke avond proberen we iets te doen, al hangen we maar een paar foto's op boekenplankjes op. Dit weekend hebben we de hele garage opgeruimd en voorzien van een stellingkast en een paneel vol met gaatjes (peg board genaamd) waaraan je allerlei handige haakjes kunt hangen voor de meest uiteenlopende spullen. En natuurlijk moet er wekelijks gras worden gemaaid en dat is hier een flinke klus, vooral door de helling in de voortuin, de oneffenheden en de vele bomen. Je bent er zomaar anderhalf uur mee zoet als je het netjes doet. Deels met de tractormaaier (een wat ouder exemplaar dat we van Christine's ouders hebben gekregen) en deels met de gewone motormaaier. Pas heb ik eens de hele voortuin gemaaid met die motormaaier, maar dat was geen goed idee. Afgepeigerd was ik, dankzij de hitte en de helling, die ineens nog stijler lijkt dan ze werkelijk is wanneer je zo'n grasbrommer voortduwt. Voortaan dus toch maar weer met de tractor.

Sinds kort hebben we ook een weed eater, een onkruideter dus, waar je in Nederland de plantsoenendienst wel eens mee ziet lopen. Zo'n lange stok met een lawaaierig tweetakt-motortje aan de ene kant en een afgeschermd, snel ronddraaiend nylon draadje aan de andere kant. Een echt moordwapen, bepaald niet comfortabel in het gebruik, maar wel effectief in het neermaaien van elk stuk ongewenst groen. Ook een bladblazer (eveneens tweetakt) is aan de collectie tuingereedschap toegevoegd, want ook die komt hier goed van pas. Gek eigenlijk. In Nederland zou je er nooit over nadenken om zulke apparaten te kopen, want met een gemiddelde tuin ter grootte van een postzegel is daar natuurlijk geen enkele reden voor. Je zou je hele tuin in één keer verpulveren en wegblazen met zulke dingen. Maar hier zijn dergelijke apparaten hard nodig en algemeen gangbaar; in de bouwmarkt (dus ook bij Lowe's) hangen ze te kust en te keur. Vandaar dat we nu dus ook twee jerrycans met benzine in de garage hebben staan. Eén met gewone benzine (voor de beide maaiers) en één met tweetaktmix, die we zelf mengen: 1 deel tweetaktolie op 40 delen benzine. Het zijn zo van die kleine dingen waaraan je merkt dat het leven hier gewoon anders is dan in Nederland.

Nog zoiets: de post en de krant. Niks geen sleuf in de voordeur, maar een brievenbus langs de weg, voorzien van een rood plastic vlaggetje. Niet alleen om post te ontvangen, maar ook om te verzenden. Wanneer we iets willen posten, doen we dat in onze eigen brievenbus en zetten het rode vlaggetje omhoog. De postbode weet dan dat ie moet stoppen om de post op te halen, ook wanneer hij niets bij ons te bezorgen heeft. De postbode komt overigens zijn (of haar) auto niet uit. Het zijn gewone personenwagens, voorzien van een oranje zwaailicht (om het verkeer te waarschuwen voor deze langzame voertuigen), waarbij de bestuurder aan de rechterkant van de auto zit, zodat hij gewoon rechts kan rijden en zo bij alle brievenbussen kan. Soms zit ook het stuur rechts, net als in Engeland, maar niet altijd. Hoe ze dan sturen, remmen en gas geven, mag Joost weten, maar ik vermoed dat ze een extra set pedalen hebben en verder met hun linkerhand het stuurwiel bedienen. Bij lage snelheden kan dat waarschijnlijk net, maar het is vast wel even wennen. En de krant? Die gaat niet in de brievenbus, maar wordt compleet met reclamefolders verpakt in een plasticzakje dat de bezorger vanuit zijn rijdende auto zo in onze tuin of op de oprit gooit. Heel wat anders dan de Nederlandse bezorgers met hun loeizware krantentassen achterop de fiets. Huis-aan-huis reclamedrukwerk is er niet. Ik begreep dat dat verboden is. Alle reclame wordt dus of per post verstuurd of meegeleverd met de krant. De grotere kranten verschijnen trouwens 7 dagen per week, terwijl lokale leugenaartjes maar op enkele dagen verschijnen. Bij veel grote kranten kun je een goedkoper abonnement nemen, waarbij je de krant alleen elke vrijdag, zaterdag en zondag ontvangt. Dat hebben wij dus ook gedaan voor The Charlotte Observer, maar kennelijk gaat er wat mis bij de bezorging. De bezorger dumpt het ding namelijk trouw elke ochtend in onze voortuin. Zeven dagen krant dus voor drie dagen abonnementsgeld. Ons hoor je niet klagen. We blijven Hollanders, hè?

zondag, augustus 13, 2006

Het spookt hier

Ja, je leest het goed. Het spookt hier. Nee, niet bij ons in huis, maar wel in Wilkesboro. Tenminste, dat hebben we gisteren gehoord tijdens de Ghost Walk die de lokale historische vereniging hier had georganiseerd. Onder leiding van een gids gehuld in 19e eeuwse kledij en voorzien van een oude lantaarn wandelden we (nou ja, we stonden meer stil dan dat we liepen) een uur lang door het centrum van Wilkesboro. De gids vertelde ons in geuren en kleuren over gebeurtenissen uit het verleden van Wilkesboro en allerlei bovennatuurlijke verschijnselen die daarmee te maken hebben. Zoals de koude plek op de plaats waar in de jaren '20 een klein meisje was doodgereden, geheimzinnige voetstappen en een door het raam zwevende dame bovenin een appartementencomplex en een spontaan bewegende schommelstoel. En niet te vergeten, het gerinkel van de enkelketens in de oude gevangenis van het dorp waarin ooit de legendarische Tom Dooley zat opgesloten.

Tom Dooley werd in 1868 opgehangen wegens de moord op zijn verloofde twee jaar daarvoor. Het was de eerste in de geschiedenisboeken vastgelegde 'crime passionel' in Amerika. Of Tom ook echt schuldig was, is tot op de dag van vandaag onzeker en op z'n minst twijfelachtig. Zelfs op het schavot getuigde hij nogmaals van zijn onschuld. Maar wie heeft het dan wel gedaan? Er schijnen meerdere verdachten te zijn, maar de meeste verdenking gaat uit naar de zus van het slachtoffer, met wie Tom een affaire zou hebben gehad. Ze zou haar zuster uit jaloezie hebben gedood. Hoe dan ook, Tom legde het loodje en werd beroemd, vooral door de ballade "Hang down your head, Tom Dooley" waarmee het Kingston Trio in 1958 een hit scoorde, hoewel de tekst van het lied al dateert uit de tijd van Tom's dood.

We eindigden onze wandeling bij de oude begraafplaats waarvan de geschiedenis teruggaat tot het eind van de 18e eeuw. Ondanks alle spannende verhalen, hebben we onderweg tot onze teleurstelling geen spook gezien of gehoord. Toch zullen we voortaan maar op onze hoede zijn als we in het holst van de nacht door Wilkesboro rijden, te midden van de oude huizen met hun krakende vloeren, gehuld in door maneschijn oplichtende mistflarden. Je weet het maar nooit.

vrijdag, augustus 11, 2006

Weekendje weg

Afgelopen weekend waren we er even tussenuit. Voor een lang weekend om precies te zijn, want ik was vrij van vrijdag tot en met dinsdag. We gingen naar onze vriendinnen Lura en Judy in Centreville, Maryland, zo'n 730 kilometer hier vandaan. Lura en Judy zijn sinds een paar maandjes de trotse mama's (ja, ja, ook dat kan in Amerika) van een prachtige dochter, dus alle reden voor een bezoekje. Ook konden we zo eens een kijkje nemen in hun prachtige huis dat ze een paar jaar terug hebben laten bouwen. Het was echt een heel mooi optrekje, zij het op een ietwat afgelegen locatie.

We hebben het het hele weekend rustig aan gedaan. De heenweg deden we in 2 etappes met een overnachting in Front Royal, Virginia. Het eerste deel van onze route voerde ons door fraai bergachtig terrein rond de grens van North Carolina en Virginia, terwijl Front Royal is gelegen in de schitterende Shenandoah Valley. Deze vallei met daarin de gelijknamige rivier is voor een groot deel beschermd als Nationaal Park. Daar zullen we een ander keertje vast nog eens naar toe gaan. Op zaterdag reden we vervolgens dwars door Washington DC, pal langs het Pentagon, door naar Annapolis waar we de enorme brug over de Chesapeake Bay namen richting Centreville. Deze prachtige baai die uitmondt in de Atlantische Oceaan biedt niet alleen veel natuurschoon, maar is ook een watersportparadijs. Niet te geloven wat daar aan kapitale jachten ronddobbert. Helaas kwam het er niet van om een tochtje te maken op het luxe motorjacht van Lura en Judy bij gebrek aan zwemvesten voor de kids. Misschien een ander keertje. Wel zijn we naar powerboat races geweest. Lura's vader was mede-organisator van de races en zowel hij als een neefje deden zelf mee. Die dingen gaan flink hard en maken een hoop lawaai; net Formule 1 op het water. Het is een hele happening met talloze families langs de waterkant. Niet echt onze sport, maar toch wel grappig om dit zo eens te zien.


Maandag togen we al weer huiswaarts, waarbij we de reis nu in ruim 8 uur voltooiden. Met snelheidslimieten van hooguit 65 of 70 mijl per uur (104 c.q. 112 km per uur) schiet het ook niet echt op; het is bepaald geen Duitse Autobahn hier. Maar goed, het rijdt verder wel relaxed en je ziet nog eens wat. Dinsdag hebben we nog wat klusjes rond het huis gedaan en toen was het lange weekend al weer voorbij. In september komen Lura en Judy bij ons op bezoek, dus er is al weer wat leuks om naar uit te kijken.